De idealisten van kibboets Be’eri geloofden in vrede met de Palestijnen. Maar op 7 oktober 2023 viel Hamas hun kibboets binnen en richtte een slachting aan. Kibboetslid Nitzan Peled leidde ons rond langs verwoeste huizen en vertelde de verhalen van de bewoners. Hun verhaal is ook het verhaal van een diep beschadigd vertrouwen, en van wanhoop of vrede ooit nog mogelijk zal zijn.

Op een zachte lentedag komen we aan bij Kibboets Be’eri. Bij de ingang worden we welkom geheten door een tengere vrouw met lang donker haar en een cowboyhoed. Ze glimlacht vriendelijk, en we geven elkaar een hand. Ze heet Nitzan Peled en zal ons vandaag rondleiden. Nitzan stelt voor dat we met haar auto gaan, en verbaasd vragen we of we niet kunnen lopen. Maar nee, daarvoor is de kibboets te groot. We stappen in, en zij rijdt ons langs velden en gebouwen.

Nitzan vertelt over de kibboets. Dit is een echte commune waar mensen alles gemeenschappelijk hebben. Wie een inkomen heeft, stort dit in de gezamenlijke pot, en daaruit krijgt ieder wat hij of zij nodig heeft. Zelfs de huizen waarin zij wonen, zijn niet van henzelf. Alles – ook de kleuterschool, het zwembad en de velden – is gemeenschappelijk eigendom.

Schade

Vanuit de auto zien we de eerste schade al. Huizen zonder dak, huizen met brandschade, kogelgaten in de muren. We rijden langs een hoog hek en Nitzan wijst aan waar Hamas binnenkwam op 7 oktober 2023. Op meerdere plaatsen hadden de terroristen gaten in het hek geknipt, maar daarvan is niets meer te zien. Het hek is gerepareerd, en daarachter is nu een zandwal opgeworpen, als extra verdediging.

Nitzan vertelt dat de terroristen precies wisten waar ze zijn moesten. Ze wisten waar de wapens lagen opgeslagen, ze wisten waar de safe rooms waren en wie in welk huis woonden. Dit wisten ze van mensen uit Gaza die vroeger in de kibboets gewerkt hebben. Op filmbeelden van de overval waren UNRWA-medewerkers te zien die de lichamen van de doden plunderden.

Spandoeken

We draaien een straatje met veel bomen in en stoppen voor een verwoest huis. Voor de huizen hangen spandoeken met foto’s en opschriften. ‘In dit huis woonde…’ en dan de namen van de bewoners en wat er met hen gebeurde op die fatale dag. We staan voor een huis waar foto’s hangen van een familie. Een opa en oma, een man en vrouw met twee kinderen, en nog een vrouw met een jonge tienerdochter.

Safe room opengebroken

Nitzan wijst op een zwaar beschadigde muur met een klein raam. ‘Zie je die trap?’ We staan even te staren, en herkennen dan de resten van een trap. Een metalen rail zit nog aan de muur vast, gebroken houten planken hangen eraan. De rest ligt op de grond. Achter die verwoeste trap was de safe room, en al hadden de terroristen gaten in de zware deur geschoten, ze konden er niet in komen. Daarom braken ze met een shovel het raam open en sleurden de doodsbange bewoners daardoor naar buiten.

Nitzan neemt ons mee naar de voordeur. Kapotte dakpannen knarsen onder onze voeten. Binnen is alleen maar verwoesting. De safe room blijkt piepklein te zijn, je kunt er niet languit in liggen. Hier hebben twee mannen, drie vrouwen en drie kinderen op elkaar gepakt gezeten terwijl kogels door de deur sloegen, en uiteindelijk hun schuilplek met grof geweld werd opengebroken.

Opa Avsalom werd ter plekke vermoord. De anderen werden ontvoerd naar Gaza. Hoe moeten een peuter van drie en een jongetje van acht zich ooit weer veilig voelen na zulke gruwelijke ervaringen? De vrouwen en kinderen kwamen na zeven weken vrij bij de eerste gijzelaarsdeal, en toen pas stortte de twaalfjarige Noam in. Na al die weken flink zijn kwamen alsnog de paniekaanvallen en de nachtmerries. Meer dan een jaar later, in februari 2025, kwam Tal Shoham pas vrij en zag zijn kinderen terug.

Over dit ene huis zou je al een boek kunnen schrijven, maar er zijn zoveel huizen met spandoeken ervoor. We lopen erlangs en zien de foto’s van de bewoners. We lezen hun namen en wat hen overkwam, en zijn alweer bij het volgende huis. En het volgende. En het volgende. Je zou bij elk huis stil willen staan om gepast respect te betonen, maar het zijn er te veel.

Blauw bankje

Nitzan stopt bij een huis waar de foto’s van een ouder echtpaar hangen. Hier woonden Maayan en Yuval Bar. Op 7 oktober werden deze veteranen van de kibboets in dit huis vermoord. Hier is zwaar gevochten en er zijn twee IDF-soldaten gesneuveld waarvoor ook foto’s zijn opgehangen in de woonkamer. In de muren zitten kogelgaten en in de vloer zien we een groot gat waar een granaat is ingeslagen.

In de kamer staat een blauw bankje, en Nitzan krijgt het even te kwaad. Ze gaat op het bankje zitten en vertelt hoe ze hier soms komt om zich Maayan en Yuval te herinneren. Dan zit ze op dat bankje en denkt terug aan alle warmte en liefde die regeerden in dit huis. De deur stond altijd open, iedereen liep zomaar binnen en was welkom.

We lopen de tuin in en Nitzan vertelt hoe groen en goed verzorgd alles was. De tuinen bij de huizen zijn nu aan het verwilderen, want niemand onderhoudt ze nog. Bovendien liggen overal dakpannen, balken, zwaar beschadigde huisraad en kapot speelgoed. Tussen gebroken bloempotten en de resten van een raamkozijn staat een verlaten bolderkar.

Vredesactiviste

We lopen verder en komen bij het huis van Vivian Silver. Zij was een vooraanstaande vredesactiviste die haar leven wijdde aan het opkomen voor de rechten van Palestijnen. Nitzan vertelt van het laatste project dat zij samen met Vivian opzette voor mensen uit Gaza die vroeger in de kibboets gewerkt hebben. Het was uitgesteld naar eind oktober 2023 omdat Vivian er zelf bij wilde zijn.

Met een schok realiseer ik me dat Hamas gedetailleerde informatie over de kibboets had. Zouden dezelfde mensen waarvoor dit project bedoeld was die informatie hebben gegeven? Ik vraag Nitzan ernaar, maar ze weet het niet. De mensen van Kibboets Be’eri weten alleen dat de informatie in handen van Hamas kwam, niet langs welke weg.

Nitzan wijst op de hopen puin die voor de huizen liggen. Al dat puin is zorgvuldig gezeefd en doorzocht om menselijke resten te kunnen vinden. Zo is ontdekt dat Vivian vermoord was. Haar DNA werd gevonden tussen het puin.

Alleen

Nitzan neemt ons mee naar haar eigen huis. Of beter gezegd: naar de plek waar haar huis stond. Het was zo zwaar beschadigd dat het afgebroken moest worden. Ze wijst om zich heen naar huizen die nog staan, en lege plekken waar ook huizen stonden. ‘Daar woonde die, en daar die, die is vermoord, die is gegijzeld, die is vermoord…’ De ene buurman na de andere buurvrouw komt voorbij. En dit waren niet zomaar buren, dit waren medeleden van de kibboets, medestrijders voor de goede zaak.

Hoe heeft Nitzan het overleefd? Daar is ze zelf nog steeds verbijsterd over. Ze was in haar safe room gegaan en had zich stil gehouden toen ze de terroristen in haar huis hoorde. Ze schoten door de deur van de safe room heen, en de herrie was zo erg dat Nitzan tijdelijk doof was. Toen het tuiten in haar oren afnam, leken de terroristen weg te zijn, en ze bleef doodstil zitten. Ze rook een brandlucht, maar durfde de safe room niet uit.

Later bleek dat het huis van haar buren volledig in as was gelegd, maar dat haar eigen huis slechts gedeeltelijk was afgebrand. Het vuur was uitgegaan voordat het de safe room bereikte. Uren zat zij daar alleen terwijl de batterij van haar telefoon het opgaf. Uiteindelijk werd ze gevonden door IDF-soldaten die de overlevende kibboetsleden verzamelden en een levende haag vormden waarlangs de burgers konden vluchten. Eén vrouw werd tijdens die vlucht toch nog doodgeschoten.

Vragen

Waarom is Nitzan miraculeus gered terwijl haar buren omkwamen? Dat is een vraag waar zij mee worstelt. Waarom ik? En het is helaas niet de enige vraag. Voorzichtig informeer ik hoe zij nu over vrede met de Palestijnen denkt. Haar radeloosheid is voelbaar. Hoe moet zij nog geloven in vrede met deze mensen? Zij probeert nog mee te voelen met het leed in Gaza, maar de pijn om het verlies van zoveel geliefden overheerst.

Kibboets Be’eri had ruim 1000 inwoners, en op 7 oktober werden er meer dan honderd vermoord. Tientallen werden gegijzeld, en iedereen werd geëvacueerd. Op dit moment is slechts een klein deel teruggekomen om te proberen voor de kibboets te zorgen. De gezinnen kunnen nog niet komen, want er is geen school voor de kinderen. De kibboetsleden zijn verspreid over het land, en slagen er in deze omstandigheden nog niet in om gezamenlijk besluiten te nemen over de toekomst.

Deze mensen die zo geloofden in vrede en hun overtuigingen omzetten in daden, hoe moeten zij nog verder? Alleen al financieel zijn de problemen enorm. De schade is gigantisch en veel inkomens zijn weggevallen. Maar de emotionele schade is veel groter. Zij geloofden in vreedzaam samenleven en staken hun hand uit naar hun Palestijnse buren. Het antwoord was een brute overval met moord, plundering, gijzeling en grote verwoesting.

Juist degenen die opkwamen voor vrede werden op die zwarte zaterdag het hardst getroffen. Op 7 oktober pleegde Hamas talloze moorden, maar hun ergste misdaad was misschien wel de aanslag op de goede wil bij zoveel Israëli’s om vrede te sluiten.

 

Doneren aan de mensen van Kibboets Be’eri kan via deze link. Daar is ook een filmpje te zien uit gelukkiger tijden.

 

U kunt Maaike van Charante steunen via repelsteeltje.backme.org

Op de hoogte blijven van nieuwe artikelen en podcasts? Volg Maaike op Twitter.